HOOFDDORP - De Hoofddorpse coffeeshop Superfly gaat voorlopig niet meer open. Dat is het gevolg van een uitspraak van de rechtbank Noord-Holland, die het verzoek om een tijdelijke gedoogverklaring gisteren heeft afgewezen.

De gemeente Haarlemmermeer schrijft dat de gedoogverklaring en de exploitatievergunning op 1 mei verliepen, en dat de exploitant de aanvraag voor een nieuwe vergunning te laat had ingediend.

Eigenaren van coffeeshops die zonder gedoogverklaring drugs verkopen, riskeren vervolging. Om te voorkomen dat hij voor de rechter moet verschijnen, heeft de eigenaar van Superfly de zaak op 8 mei gesloten.

Niet enige smetje
De te laat ingediende aanvraag voor de exploitatievergunning en gedoogverklaring was niet het enige smetje op het blazoen van de ondernemer. Tijdens een controle in april werd een te grote handelsvoorraad softdrugs aangetroffen.

Een van de zogeheten gedoogcriteria is dat coffeeshops maximaal 0,5 kilo softdrugs op voorraad mogen hebben. Op het moment van de controle lag er achter de toonbank van de coffeeshop aan de Kruisweg meer hasj en wiet.

Hoeveel er exact is gevonden is niet duidelijk. Wel is bekend dat voormalig burgemeester Tineke Netelenbos de coffeeshop in 2008 al eens liet dichttimmeren omdat er 36 kilo softdrugs was gevonden. Ook voormalig burgemeester Theo Weterings sommeerde de eigenaar eerder al eens zijn zaak te sluiten.

Burgemeester van Haarlemmermeer Onno Hoes is blij met het vonnis. "De coffeeshopbranche is gevoelig voor criminele inmenging. Het gedogen van een coffeeshop zonder exploitatievergunning en gedoogverklaring is daarom onwenselijk. Ik ben er zeer tevreden over dat de voorzieningenrechter deze zienswijze heeft overgenomen."

Voorgoed dicht
De kans bestaat dat de coffeeshop de deuren permanent moet sluiten. Het Landelijk Bureau Bibob, dat bij aanvragen voor vergunningen en gedoogverklaringen door onder meer coffeeshops het risico onderzoekt dat die vergunning wordt misbruikt voor criminele doeleinden, heeft negatief advies gegeven.

Als burgemeester Hoes op basis daarvan ook in de toekomst een exploitatievergunning weigert, moet de zaak worden opgedoekt.